Soms gaat het studeren moeilijk omdat je ‘er geen zin in hebt’. Je voelt je lusteloos, niet gemotiveerd, hebt nergens zin in. Of je wilt net allerlei andere dingen doen, zolang het maar niet studeren is. Op zo’n moment kan zelfs opruimen aantrekkelijk in de oren klinken.
Hoe sterk je op een bepaald moment gemotiveerd bent voor je studies, hangt af van een heleboel factoren. Sommige factoren zijn persoonsgebonden (vb. zelfvertrouwen, capaciteiten, …) andere omgevingsgebonden (handboek, docent, vrienden, …).
Het is niet omdat je globaal gezien een goede studiemotivatie bezit, dat je op elk moment even sterk gemotiveerd bent om te studeren. Je motivatie is onder andere afhankelijk van de tijd die je nog rest voor je examens, de andere activiteiten die je op een bepaald moment kan ondernemen, het vak dat voor je ligt, je zelfvertrouwen, enzovoort.
Hieronder trachten we je meer inzicht te geven in wat motivatie precies is, waardoor ze beïnvloed wordt en hoe je ze kan opkrikken. Heb je na het lezen van onderstaande informatie nog vragen of nood aan begeleiding? Aarzel dan niet om contact op te nemen met een zorgcoach.
Men kan een onderscheid maken tussen twee soorten motivatie: intrinsieke en extrinsieke motivatie.
Intrinsieke motivatie is een motivatie die van binnenuit, uit jezelf, komt. Je bent intrinsiek gemotiveerd voor een activiteit omdat je de activiteit op zich graag doet.
Extrinsieke motivatie is een motivatie die van buitenaf komt. Je bent extrinsiek gemotiveerd voor een activiteit omwille van de leuke gevolgen die deze activiteit met zich meebrengt, omwille van de beloning die eraan vast hangt, maar die niet inherent verbonden is met de taak. Je kan ook extrinsiek gemotiveerd zijn voor een activiteit om straf te vermijden.
Je bent natuurlijk niet énkel intrinsiek of énkel extrinsiek gemotiveerd. Je kan op een bepaald moment bijvoorbeeld gemotiveerd zijn om te studeren omdat je graag die auto krijgt én omdat je het vak interessant vindt. Je totale motivatie op een bepaald moment voor een bepaalde activiteit is dus een som van de intrinsieke en de extrinsieke motivatie voor die activiteit. Je kan bijgevolg je totale motivatie verhogen door één van de twee motivaties te verhogen.
Ga op zoek naar wat jou beloont, wat jou kan motiveren om op een bepaald moment te beginnen studeren of nog even door te gaan met studeren. Beloningen motiveren meestal het best als je hen ook meteen na de (studie)activiteit geeft.
Jezelf extrinsiek motiveren via beloningen werkt natuurlijk enkel als hier consequent in bent: geef jezelf de beloning ook echt nadat je de activiteit goed hebt afwerkt, en geef ze niet als je ze niet verdiend hebt!
Studenten studeren meestal grondiger en onthouden de leerstof beter als ze vooral intrinsiek gemotiveerd zijn. Verlies je intrinsieke motivatie dus niet uit het oog!